Dag en bedankt

Gedurende mijn bediendencarrière als copywriter klopte ik wekelijks meer uren dan contractueel werd overeengekomen. Ik werd gedreven door de passie om mijn job zo goed mogelijk uit te voeren, maar ook door de angst om mensen teleur te stellen en die job te verliezen. Ziedaar twee drijfveren die ervoor zorgden dat ik de werkdruk voor mezelf opvoerde. Ik vond het toen ook normaal dat creatieve bevlogenheid gecultiveerd en geromantiseerd wordt als een vanzelfsprekendheid om consequent over te werken.

Hoe langer ik volgens dit regime werkte, hoe schuldiger ik me voelde tegenover mijn vrouw en mijn kinderen. Ik begon ook in te zien dat mijn eigenwaarde té afhankelijk werd van de waardering van mijn werkgever. Het moest anders. Wat er toen in mijn hoofd omging, zouden sommigen nu omschrijven als quiet quitting. Maar de geslaagde alliteratie ten spijt voel ik weerzin ten aanzien van dit begrip.

Zoek het op en je krijg veel verklaringen voorgeschoteld. Volgens de ene bron betekent quiet quitting dat ‘de werknemer er psychologisch de brui aan geeft’. Een andere bron zegt dat je ‘het minimum doet om je baan te behouden’, binnen de uren van je contract. Wat ik fout vind aan het begrip, is het geniepige dat erin verscholen zit. Je houdt het stil. Quiet quitting insinueert een schaamtegevoel. Alsof het not done is om je werk te verrichten binnen je uren. Doen de meeste mensen dat dan niet, reeds decennialang?

En zou werken volgens de uren van je contract niet de normaalste zaak van de wereld moeten zijn? ‘Genoegdoeners’ is een term die ik onlangs hoorde tijdens een podcast. Ik vind hem mooier en positiever dan quiet quitting. Genoeg doen duidt op een activiteit waar je aan voldaan hebt. Ook het woord genoegdoening weerklinkt erin, wat trouwens in het Afrikaans tevredenheid betekent. Schaamte? Ach kom, weg ermee. 

Quiet quitting wordt beschouwd als een state of mind die we koppelen aan iemands ambitie. Dat komt omdat ambitie en werk met elkaar vergroeid zijn in onze maatschappij. Ik ken echter quiet quitters die erg bedreven hun ouderrol opnemen, vrijwilligerswerk verrichten, sportief en artistiek bezig zijn … omdat ze nu eenmaal geen tijd en zin hebben om continu die extra mile te gaan voor een werkgever. Er wordt hen een gebrek aan ambitie toegedicht, terwijl hun gedrevenheid verder gaat dan de muren van hun kantoor.

Als freelancer kijk ik toe aan de zijlijn. Ik ben geen bediende meer, maar ik werk nog steeds met evenveel inzet en goesting. Misschien zelfs nóg toegewijder omdat ik als zelfstandige mezelf steeds opnieuw moet bewijzen. Maar als baas over eigen planning heb ik ook de luxe om het rustiger aan te doen wanneer ik daar zin in heb. Ik denk dat we een deel van de burn-outproblemen oplossen door medewerkers de mogelijkheid te bieden af en toe gas terug te nemen. Ja, dat kan via extra vakantiedagen, maar ik denk dat werkgevers beter eens kijken naar de werkintensiteit en de productiviteit die ze verwachten van hun medewerkers. Je kan niet elke dag 110% zijn en 75% is soms goed genoeg. Dat heeft niks te maken met passie en alles met menselijkheid. En wat de creatieve sector betreft: ik ben ervan overtuigd dat het uiteindelijk ook leidt tot meer creativiteit. Want zo gaat dat met creatives: een hoofd dat minder vol zit heeft meer ruimte om ideeën te laten groeien.

Vorige
Vorige

Wat maakt een gedicht goed?

Volgende
Volgende

512 dagen freelancen